
Oogsten
Vanaf eind oktober / begin november tot en met januari kunnen olijven worden geoogst. Hoe eerder je de olijven plukt hoe minder olijfolie ze opbrengen, maar hoe beter de kwaliteit is.
We oogsten onze olijven met de hand (harkjes) en gebruiken een soort elektrische hark.
Van te voren zorgen we dat de grond onder de olijfbomen schoon is, met de bosmaaier maaien we al het onkruid weg. Hierna
leggen we grote netten onder de bomen, dit is een precies werkje aangezien de olijven gemakkelijk tussen de netten in kunnen vallen. Dan gaat er iemand met de elektrische hark aan de slag, deze hark trilt de meeste olijven van de takken. De olijven die blijven hangen worden met harkjes en stokken uit de takken gerist en geslagen.
​De olijven die op de netten zijn gevallen worden verzameld en de takjes worden eruit gehaald. De olijven worden hierna in kratten opgeslagen en in de schaduw geplaatst. ​​
Gemiddeld gaat er 20 kg in 1 krat. Voor een persing bij onze lokale molen hebben we minimaal 350 kg olijven nodig
Hoe korter de tijd tussen oogsten en persen, hoe beter de olie. In principe mag er niet meer dan 24 uur tussen het oogsten en het persen zitten. De olijven beginnen namelijk te oxideren zodra ze van de boom af zijn en dat komt de kwaliteit van de olie niet ten goede.
​​



